De laatste jaren kent men een sterke groei van zogenaamd duurzaam beleggen. De instroom van kapitaal in duurzame beleggingsproducten (fondsen en ETF’s) gaat, vooral in Europa, in stijgende lijn.
Maar, wat is duurzaam beleggen nu eigenlijk? ESG, SRI, impact, PAB, artikel 8 fondsen, …. Wat betekenen die afkortingen en termen die we dagelijks lezen in de financiële pers? En wat zijn de verschillen en gelijkenissen?
Een echte standaardclassificatie bestaat immers niet. Iedere financiële instelling of fondsbeheerder kan aan het begrip een eigen invulling geven. De Europese wetgeving SFDR (Sustainable Financial Disclosure Regulation), in voege sinds maart 2021, wil daar enigszins paal en perk aan stellen om greenwashing te voorkomen. Dit is het groener voorstellen van een beleggingsproduct dan het in werkelijkheid is.
Over het algemeen wordt duurzaamheid beschouwd als het overkoepelend begrip. Volgens Harvard Business School is duurzaam beleggen een vorm van beleggen met de bedoeling om naast financieel rendement ook toegevoegde waarde te creëren in de maatschappij op lange termijn op het gebied van mens, milieu en omgeving.
Menig artikel en studie is daar al over verschenen, echter zonder concrete eenduidige conclusies. Wel is iedereen het over eens dat duurzaam beleggen resulteert in betere risico-rendementsverhoudingen, d.w.z. bepaalde risico’s in de portefeuille vermindert of uitsluit. Volgens Larry Fink, topman van vermogensbeheerder BlackRock, wordt duurzaamheid de standaard in beleggen. M.a.w. binnen een aantal jaren spreekt niemand echt meer over duurzame producten, maar wordt dit geïntegreerd, zowel in alle beleggingsprocessen van klassieke active fondsen, in de indexen die de ETF’s volgen en in de selectie van individuele aandelen of obligaties. Net zoals winstgroei nastreven of dividenden uitkeren aan aandeelhouders.
Bij exclusies worden bedrijven met bepaalde economische activiteiten of in controversiële sectoren volledig of gedeeltelijk uitgesloten in het beheer van actieve fondsen of in de indexen van ETF’s, zelfs als ze superieure rendementen zouden genereren.
Denk maar aan wapens, steenkool, tabak, onconventionele olie & gaswinning, alcohol, enz… Dit is uiteraard zeer subjectief en voor interpretatie vatbaar. Het hangt in grote mate af van de voorkeur en de waarden van iedere individuele belegger. En dat is niet altijd makkelijk om in een beleggingsproduct te integreren die aan een ruime diversiteit van Belgische beleggers kan worden verkocht.
Algemene exclusies op bedrijfsniveau
Sommige fondsbeheerders hanteren algemene investeringsprincipes op bedrijfsniveau om bepaalde activiteiten en sectoren 100% uit te sluiten in alle nieuw te lanceren fondsen en in bepaalde bestaande fondsen via een wijziging in het prospectus. Over een beperkt aantal sectoren & activiteiten bestaat er zelfs een algemene consensus bij de meeste fondsbeheerders om deze altijd volledig uit te sluiten met name controversiële wapens, steenkool, tabak en onconventionele gas- en oliewinning zoals teerzanden. Voor specifieke andere sectoren gelden dan weer voorwaarden voor uitsluiting. Bijv. als de omzet van een bedrijf uit bepaalde niet-duurzame activiteiten een drempel overschrijdt (5 of 10%), dan wordt dit bedrijf uitgesloten. Dergelijke voorwaarden kunnen wel verschillen van beheerder tot beheerder.
Uitgebreide exclusies op product niveau
Hier ga je nog een stap verder waarbij het ene duurzame fonds of ETF bijkomende sectoren en controversiële activiteiten kan uitsluiten dan het andere. Denk bijvoorbeeld aan alcohol, kernenergie, genetische manipulatie, pornografie, palmolie, conventionele olie- en gas, …. Deze informatie vind je dikwijls terug in het prospectus van het fonds.
Belangrijk om aan te stippen is dat exclusies in duurzame producten meestal van toepassing zijn op klassieke beleggingsfondsen en niet op ETF’s of trackers omdat je bij die laatste verplicht bent om alle bedrijven in de index te kopen en te volgen. Maar, we zien wel dat er meer en meer duurzame indexen worden gelanceerd waarbij bovenvermelde exclusies worden toegepast. En bijgevolg zijn er dus ook meer en meer duurzame ETF’s die deze indexen volgen.
Dikwijls wordt deze benadering aangeduid met ESG, nl. Environmental, Social & Governance. Bij dit soort producten worden, dikwijls naast de exclusies, die aandelen of obligaties weerhouden die goed scoren op milieu en omgeving, sociale dimensie & deugdelijk bestuur. Het zijn vooral gespecialiseerde instellingen en sommige index ontwikkelaars (vb. MSCI) die bedrijven analyseren en scores & ratings geven op hun ESG karakter. Sommige grote vermogens- en fondsbeheerders ontwikkelen nu zelf al hun eigen ESG scores. Belangrijke indicatoren bij milieu en omgeving zijn vooral de uitstoot van CO2, afvalbeleid, waterbeleid, enz ... In de sociale dimensie is bijv. omgaan met privacy en dataveiligheid, chemische veiligheid, arbeidsrelaties, diversiteit in het personeelsbestand, … belangrijk. Deugdelijk bestuur tenslotte heeft te maken met belastingtransparantie, verloning van management en raad van bestuur, boekhouding, ….
Hieronder een aantal variaties binnen ESG die vaak voorkomen. Let wel, een universele standaard en definitie van die termen bestaat niet, dus iedere beheerder kan daar een eigen invulling aan geven. Wel is het zo dat er in 2021 een Europese wetgeving in voege is getreden die richtlijnen oplegt aan financiële instellingen wat betreft informatieverstrekking over duurzame producten en een classificatie heeft ingevoerd in artikel 8 en artikel 9 producten. Ook in de benaming van duurzame producten is er weinig eenduidigheid.
SRI (Socially Responsible Investment)
Je kan dat zien als een striktere vorm van ESG, d.w.z. dat de ESG criteria & scores die worden gebruikt om bedrijven te selecteren strenger zijn in duurzame SRI producten.
Duurzame thema’s
Als een beleggingsproduct (ETF of fonds) voornamelijk de focus legt op één aspect van E, S of G, dan spreekt men dikwijls van duurzaam thematisch beleggen omdat het thema in zichzelf al duurzaam is. Het meest bekende voorbeeld zijn fondsen die zich specialiseren in ‘clean energy’ door te beleggen in bedrijven die bijdragen tot een klimaat neutrale economie door energie-efficiëntie of hernieuwbare energie.
Impactbeleggen
Naast een financieel rendement, is het bedoeling van dergelijke fondsen of ETF’s om een meetbare, tastbare en zichtbare impact te hebben op de maatschappij. De belegger is dus niet alleen afhankelijk van wat het bedrijf zelf zegt over hoe duurzaam ze zijn, maar ziet in de praktijk zelf het duurzame resultaat. De meeste thematische duurzame fondsen hebben overigens een impact strategie.
Laten we kennismaken, dit verbindt u tot niets.
We nemen contact op binnen de 24u na uw bericht.